In de rubriek De doorbraak laat yogadocente Lydwina Meerman
een bevlogen yogacursist of -docent aan het woord over
een āsana die aanvankelijk als lastig werd beschouwd,
maar dankzij de instructies van de docent als licht wordt ervaren.
Een doorbraak in de āsanabeleving.
De Doorbraak: de Berghouding of Tādāsana
Hieronder vertelt Tamara Hoetasoit (47),
sinds zes jaar een enthousiaste yogacursiste,
over haar doorbraak in de Berghouding (Tādāsana).
Tamara Hoetasoit is van nature lenig.
Voor haar was de schijnbaar eenvoudige Berghouding een crime.
Tamara: ‘Ik kreeg maar geen grip op de houding,
alsof mijn hoofd niet prettig op mijn nek stond.
Volgens mijn docente kwam het door
de stand van mijn hoofd en dat, legde ze me uit,
kan weer te maken hebben met de plaatsing van de voeten.
Ze liet me mijn voeten dicht bij elkaar zetten en
vervolgens mijn hielen een stukje naar buiten draaien.
Dat bracht ontspanning rond het heiligbeengebied.
De plaatsing van mijn voeten voelde weliswaar wat onwennig aan,
maar voor het eerst voelde de Berghouding prettig.
Daarna kwam de ademhaling aan bod.
Ik kreeg instructies om bij de inademingen met de aandacht
door het lichaam omhoog te gaan – dus vanaf de voeten naar de fontanel.
Bij de uitademingen omgekeerd.
Daarbij telde ik dan elke keer van één tot zeven.
Dit had een diepe, rustgevende uitwerking.
En toen gebeurde het.
Plotseling voelde ik een soort knakje in mijn nek
en mijn hoofd stond ineens helemaal recht,
vrijuit bovenop de nekwervels.
Ik had iets losgelaten: een punt tussen de bovenste nekwervels,
dat altijd stijf was gebleven waardoor ik het hoofd niet echt rechtop kon zetten.
We hebben het daarna nog twee keer geprobeerd,
met hetzelfde resultaat. Het ging steeds gemakkelijker.
Het is weliswaar heerlijk dat ik mijn neus op mijn knieën kan leggen,
maar voor mij zit hierin de uitdaging: de goede stand in de houding, de rust.’
De praktijk
Zet de voeten bijna tegen elkaar aan.
De buitenkanten van de voeten zijn evenwijdig.
Je kunt de hielen iets uit elkaar zetten.
Neem de tijd om te observeren wat de invloed hiervan is op je houding.
Ga met je aandacht vanaf de grond door het hele lichaam omhoog
(voeten, enkels, onderbenen en zo verder) tot de kruin.
Neem hier de tijd voor en blijf steeds aandacht besteden aan een rustige, diepe ademhaling.
Eventueel leg je de handen een poosje vlak onder de navel op de buik.
Zo kun je het contact met de ademhaling verdiepen.
Neem je houding steeds als een geheel waar, als eenheid.
Ga vervolgens tijdens de inademing met je aandacht vanaf de voeten omhoog tot de kruin
en tijdens de uitademing ga je omlaag van kruin naar voeten.
Beadem de houding zevenmaal op deze manier.